Al Iman, geloof, en de bijbehorende wetenschap: de "Aqida"

De boodschapper (vzm) van Allah, leert ons dat het geloof, geloven is:"In Allah - In zijn engelen - In zijn boeken - In zijn boodschappers - In de dag des oordeels - In de voorbestemming, gunstig als ongunstig".

Dit alles staat in de dubbele geloofsverklaring: "Er is geen god dan God en Mohammed is de boodschapper van God. "(la ilaha illa Allah, Muhammadun Rasullah) wiens verklaring de poort naar de Islam is.

Dit is het gezonde geloof, het geloof van de belangrijke religie (dinu hunafa) geopenbaard aan de mensen door hun Schepper door middel van elk van de Profeten (vrede zij met hen allen), bevestigd, geconcretiseerd en uiteindelijk verduidelijkt door de laatste openbaring die op de Profeet Mohamed neerdaalde, vrede zijn met : de Islam.

In dit opzicht hebben sommige geleerden het geloof gedefinieerd als "het getuigen van de waarheid met alles wat de profeet Mohamed, vrede zij met hem, is gekomen", wat duidt op de allesomvattende aard van het Islamitische geloof.

God de Allerhoogste zegt in de soera al Anbiyya (v.21) wanneer hij zich tot de profeet Mohammed richt:"En Wij stuurden niet één van de Boodschappers vóór jou, of Wij openbaarden aan hem dat er geen andere god dan Ik is, aanbidt Mij daarom.

Deze geloofsbelijdenis verschilt inderdaad niet van die van de andere profeten, het geeft de basis weer voor de kennis van het universum waarin we leven, en deze waarin we zullen leven na de dood. Haar belangrijkste onderdeel blijft de Goddelijke Eenheid (at Tawid), de essentiële waarheid van ons universum en de sleutel tot het begrijpen van ons bestaan.

De ontstaansgeschiedenis van de islamitische theologie.

De eerste moslims (as salafiyyun) hadden ten opzichte van dit geloof een houding van totale onderwerping vergezeld met vrede in het hart (taslim, heeft dezelfde wortel als Islam), en overgave aan God (tafwidh). Ze haalde voldoening uit vele profetische en Koran verzen om hun geloof te versterken, om de wetten die het bestaan beheersen te begrijpen en vooral om hen te leiden op het pad van de kennis van de Schepper.

In de eeuwen na de Openbaring werd dit geloof in gevaar gebracht door de leerstellingen van bepaalde afwijkende groepen, door het contact met andere religies, bepaalde filosofieën. Er is niets ernstiger in de Islam dan het geloof aan te vallen, degene die dat doet wordt een "vernieuwer" (mubtadi') genoemd. Deze mensen riepen twijfels op in de harten van de moslims, en de onderwerping aan de geopenbaarde teksten werd een privilege dat was voorbehouden aan mannen met een sterk geloof, de moslim gemeenschap werd bedreigd.

De geleerden hebben daarom een wetenschap opgericht de “aqida” of “ilm at tawhid'” , om dit geloof te beschermen door duidelijk te maken wat moslims moeten geloven, niet moeten geloven en wat toelaatbaar is.

Het eerste bekende boek over dit onderwerp is de "fiqh al akbar" van Imam Abu Hanifa (d.150H), en misschien wel het bekendste is de "aqida tahawiyya" van Imam in Tahawi (d.321H). Deze werken zijn het onderwerp geweest van talrijke commentaren, zowel door orthodoxe moslims als door vernieuwers.

Maar deze wetenschap werd ook gekenmerkt door twee imams: Abu Mansour al Maturidi (d.333H) en Abu al Hassan al Ash'ari (d.324H). Zij hebben een methodologie ontwikkeld die een antwoord gaf op filosofen en vernieuwers gebaseerd op het rede. Ze werden geïnspireerd door de argumentatieve dialectiek van de filosofen, terwijl ze de openbaring op de voorgrond lieten staan.

Het is deze methode die door de eeuwen heen het meest is gevolgd

Theologie, een doel op zich?

Het is echter zeer belangrijk om te onthouden dat de wetenschap van het dogma er is om de islamitische leer te beschermen, en om de twijfels van de gelovige weg te nemen, de wetenschap alleen is niet voldoende. Het geloof wordt ook in de praktijk toegepast, zoals het hieronder geciteerde vers laat zien: “Er is geen God behalve ik, aanbid mij! “

Inderdaad, kennis is alleen nuttig als ze goed wordt gebruikt, en alle wetenschap van het islamitische dogma zou steriel zijn als ze niet gepaard gaat met de vruchten van vroomheid en uitmuntend gedrag. Net zoals de aqida de wetenschap is die de taak heeft om ons geloof te beschermen, zozeer zijn de vrome daden het middel om ons geloof te beschermen, en vooral om ons geloof te doen bloeien. Een goede daad uitgevoerd voor de liefde van Allah is zeker beter voor het geloof dan eindeloze dogmatische discussies...

De soefi-verlichting brengt voor het moslimgeloof een “smaak” ervaring/belevenis. De soefis zijn diegene die het geloof hebben “binnengedrongen” en aan wie Allah de essentiële realiteiten heeft geopenbaard door middel van contemplatie en niet enkel door middel van intellectueel inzicht. Men zou het beeld kunnen geven van iemand die weet dat honing zoet, stroperig en goudkleurig is, maar het nog nooit heeft geproefd of gezien. Hij vergist zich niet in wat hij weet, maar is niet te vergelijken met iemand die honing echt heeft gezien en geproefd. Dit is het verschil tussen gelovigen en de Kenners van God ('Arifin').